De volgende dag wagen we ons nog een keer naar Kelingking Beach. We gaan er vroeg naartoe maar ook niet te vroeg want dan staat de zon nog te laag, maar vroeg genoeg om de grote drukte alweer een beetje voor te zijn. De weg naar ginder is lang, maar doordat we al een paar dagen rondsjezen op het eiland weet Ann-Sofie als gps ons langs alle shortcuts te sturen en neemt Nick de ene na de andere bocht tot in de perfectie. Teamwork. Een dik uur later arriveren we en kopen we ons toegangsticketje voor hét highlight van Nusa Penida. Een gigantisch hoge rots met een unieke vorm en een strand. We zijn benieuwd.
Op een paar toeristen na is het hier lekker rustig en hebben we dus alle tijd om de omgeving te verkennen. De zon staat nog een klein beetje te laag om ook het strand beneden te verlichten en van warmte te voorzien dus starten we onze sightseeing helemaal bovenaan. We ontdekken een paar plekjes langs de zijkant op een andere klif om vanop afstand te genieten van deze coole rots in de vorm van een T-Rex, met een heel klein beetje verbeelding zie je er de kop van de dinosaurus in, best koddig eingelijk. Leuke viewpoints vinden is hier trouwens niet zo moeilijk, overal waar het gras volledig plat getrappeld of omgetoverd is tot een aarden vlek moet er wel een mooi uitzichtpunt zijn! We zetten ons bij een van de viewpoints neer en kijken hoe de zon langzaam maar zeker hoger klimt en het landschap langzaam maar zeker verlicht.
We maken van de (nog) rustige ochtend ook gebruik om de drone even op te laten, alvorens er 10 van deze toestellen in de lucht hangen en navigeren een beetje tricky wordt. Wanneer de drone op 300m hoogte zit – ergens temidden van de oceaan uiteraard – gebeurt hetzelfde probleem als bij de Teletubbie Hills. Ditmaal van 63% batterij naar 0%, zomaar. De drone begint temidden van de oceaan te ‘landen’ en zakt pijlsnel naar beneden zonder dat we die landing kunnen afbreken. Het enige wat we nog kunnen doen is de drone naar links of naar rechts en naar voor of naar achter sturen. Nick z’n reactie is al heel wat anders dan gisteren, en met een droge ‘Jep, nu zijn we hem kwijt’ weet Ann-Sofie wat er gaande is. Ware het niet dat Nick over onwerkelijke stuurskills beschikt dan was de drone nu niet meer, maar hij slaagt erin de drone nog veilig naar het strand te sturen met de minimale controle die er nog is. Stijgen en dalen gaat niet meer, maar links en rechts gaat traag maar zeker. Met een berekende noodlanding landt hij de drone op het strand, ergens tussen de zee en de rotsen om daarna in sneltempo de hele afdaling te doen. Niet de simpelste afdaling, een verzameling van rotsblokken, grint, stoffig zand en een wankelende leuning zorgen ervoor dat Nick zen beste afdalingsskills moet bovenhalen. Een afdaling die normaal gezien 45 minuten duurt doet hij in 8 minuten, én op flipflops, wat zorgt voor de nodige verbazing bij de toeristen die hij al lopend en springend dubbelt terwijl zij met veel gesukkel en gezucht een metertje lager proberen te geraken. Veel meer dan een Hollandse “How, die is gek, op flipflops dan nog!” krijgen de meesten niet gezegd alvorens hij al weer uit hun zicht verdwijnt. En dat alles gebeurt onder het goedkeurend oog van Ann-Sofie die via de camera van de drone de omgeving rondom de drone in de gaten houdt. Eens aangekomen zwaait Nick met een big smile naar de camera om Ann-Sofie naar beneden te laten komen, de drone is veilig en het strand is prachtig, dus kunnen we er terwijl maar van genieten ook! We zijn getuigen van 1 van de indrukwekkendste golven die we tot nu toe al gezien hebben. Gigantische golven komen aangerold, breken spectaculair met veel machtsvertoon en worden vervolgens in een mum van tijd tot niets gereduceerd, vermoedelijk door de stijle hellingsgraad van het strand eronder. Na 2 uurtjes zonnen is het welletjes geweest en klauteren we terug naar boven, wat tot onze grote verbazing veel vlotter gaat dan de weg naar beneden.
Ondertussen zijn al de instagrammers toegekomen en is de ideale fotospot bovenaan de trap overbevolkt met een file tot gevolg. Mensen duwen elkaar aan de kant om snel een foto te kunnen nemen en vervolgens weer de auto in te kruipen op weg naar de volgende bezienswaardigheid. Ze weten niet wat ze missen daar beneden. Wij sluiten echter af met een fotootje op een andere plaats, vanop de klif waar we deze ochtend gestart zijn. De ideale plek om een foto te trekken blijkt vanuit de kruin van een boom te zijn, en we vragen een sympathieke local om dat voor ons te doen (hij stond al in de boom, geen zorgen). Maar zoals gewoonlijk is framing geen kwaliteit die de Aziaatjes over het algemeen bezitten, en dus staan wij er wel mooi op, maar de rots niet. Nuja, zo kan Ann-Sofie de foto zelf wat bijkleuren in het plakboek later, dat is ook plezant.
Een nasi goreng later besluiten we nog twee viewpoints te bezoeken in de namiddag. De route naar het eerste viewpoint verloopt niet vlekkeloos, we volgen braaf de weg die de gps voorstelt, maar dat blijkt al snel een misser te zijn. De asfalt verandert in steenbrokken, dan in volledige gruis, en dan in een padje van ongeveer 20cm breed met scherpe uitstekende stenen, bomen aan beide kanten en een hellingsgraad vergelijkbaar met de koppenberg. Niet het beste baantje om met twee op een brommer te zitten, en dus stapt Ann-Sofie even af om te duwen. Onmogelijk om hier gewoon te rijden. De weg gaat zo voor geen meter vooruit, maar gelukkig duurt het niet al te lang vooraleer we weer op een min of meer deftige baan uitkomen. Onze eisen zijn ondertussen al sterk gezakt, dus stel je vooral niet te veel voor bij een ‘deftige’ baan.
Wanneer we aan de splitsing komen zien we drie toeristen uit de richting komen waar wij naartoe willen. We vragen hen of het viewpoint de moeite was, waarop ze antwoorden dat ze zijn teruggekeetd omwille van de slechte staat van de weg er naartoe. Slechter dan we zonet gehad hebben kan niet en dus besluiten we het erop te wagen, waarop de 3 toeristen een tweede poging ondernemen en ons volgen. Uiteindelijk blijkt de ‘slechte baan’ niet meer te zijn dan een ongeasfalteerde weg met hier en daar een putje en wat hellingen. Zij vonden dit al uitdagend, maar het stelt niets voor in vergelijking met wat we net afgelegd hebben, en dus lijkt het bijna alsof we over de steenbrokken zweven. Met nu en dan een pauze omdat ze ons niet kunnen volgen komen we uiteindelijk aan bij het viewpoint, maar de zon straalt recht in onze ogen. Daar hadden we nu ook niet echt op gerekend. Met spleetoogjes bekijken we even de prachtige kustlijn van kliffen en rotsen (waarbij we ook Kelingking kunnen zien liggen) en besluiten dan door te gaan, want schaduwplekjes zijn hier niet te vinden, en we blijven hier liever niet tot we samensmelten met de kliffen. De weg terug verloopt over dezelfde baan, maar ditmaal zijn we verstandig en kiezen we de omweg om zo het extreem slechte padje te vermijden. Via een baantje waar opnieuw geen auto’s – en dus ook geen massatoerisme – geraken komen we aan bij een tweede viewpoint, dat ditmaal wel de zon mee heeft. Een prachtige rij kliffen waartegen het woelige water meters hoog opspat, een geweld dat je ongetwijfeld niet meester kan als je er in terecht zou komen. Ver genoeg van de boord blijven is dus de boodschap. We leggen ons even neer en poseren nadien met het omvergevallen bordje van dit viewpoint.
We zijn vandaag op dreef en besluiten nog 1 bezienswaardigheid mee te pikken die volgens google maps in de buurt zou moeten liggen, nl. Tembeling Beach and forest. Na een steile en lange afdaling waarbij de remmen lekker warm krijgen, parkeren we onze tweewieler op de parking van Tembeling Beach, een klein strand in de buurt van het tweede viewpoint. Een laatste effort aan trappen brengt ons tot het strand, waar een paar pools gemaakt zijn met vers bronwater dat voortdurent toestroomt. Het strand zelf stelt niet veel voor, en meer dan een voetbadje in het koude water zit er nu niet meer in, daar is het een graad of 10 te koud voor. Wel leuk zijn de talrijke stenen hoopjes die gemaakt zijn langs een afgelegen deel. Een deel waar het water wild op de rotsen slaat, maar de steenhoopjes blijven gevrijwaard van dat geweld. Om toch iets gedaan te hebben, maken we zelf een toren van stenen alvorens we vertrekken, iets wat gemakkelijker lijkt dan dat het in werkelijkheid is. Geen enkele steen heeft een vlakke kant en dus moeten we bol op bol weten te balanceren. Best een leuke activiteit.
Op de weg terug passeren we aan een meertje, waar je kan cliffjumpen. Een paar locals en een toerist staan nogal wanhopig naar het water te gapen, met een blik alsof ze iets aan het zoeken zijn. Het blijkt een GoPro te zijn, die bij het springen in het water is beland en vanzelfsprekend naar de bodem is gezakt. Geen van hen lijkt echter in het water te durven gaan, of over voldoende zwemcapaciteiten te beschikken om naar de bodem te zwemmen en dus overtuigt Ann-Sofie (bij gebrek aan zwemoutfit) Nick om even een handje toe te steken en in zijn boxershort het water in te duiken. Het water is enorm troebel en niemand heeft een duikbril op zak, dus is het wat zoeken naar een speld in een hooiberg. Hij weet waar hij ongeveer gesprongen heeft, maar meer dan een ruwe indicatie kan hij niet geven. Na 5 minuten zoeken zonder resultaat besluit de toerist, een Thai, het te laten voor wat het is. Hij is gehaast en moet binnen een uur zijn boot naar Bali halen. De locals beloven echter van morgen terug te komen met een duikbril als er meer zonlicht is, en zouden hem opsturen als ze hem terugvinden. Dat lijkt een nogal moeilijke opgave, en dus zoekt Nick nog even verder tot hij plotseling iets glads en rechthoekigs op de bodem vindt. Met een luide ‘Eeeeeeey eeeeeey eeeeeeeeeeey’ wordt de eigenaar ingelicht, die al snel terug naar beneden gelopen komt. Met een big smile kunnen we samen terugwandelen, waarbij we te weten komen dat hij nog op uitwisseling is geweest naar België en dus wat Nederlands verstaat. Hij is ons zodanig dankbaar dat hij precies niet weet hoe hij zich moet gedragen, en dus krijgen we z’n gsm nummer voor als we nog eens in Bangkok zouden passeren. We krijgen zelfs de belofte van gratis in het hotel van zijn vader te mogen verblijven! ‘t Is te hopen dat dat een 5 sterren hotel is dan. Hij moet echter vertrekken om de ferry te halen, en dus zwaaien we hem vaarwel.
Wanneer wij dan willen vertrekken is er echter minder goed nieuws, nog voor we aan onze brommer komen worden we door een paar locals die al van in het begin op de parking rondhingen op een platte achterband gewezen. Nogal vreemd zo plots, maar met deze hobbelige wegen weet je nooit natuurlijk. Ze weten ons direct te vertellen dat ze een vriend hebben die ons kan verhelpen voor 100.000Rp, een enorm hoog bedrag (naar Indonesische normen). Maar dat includeert wel de pechverhelping tot boven. Dit lijkt verdacht. We besluiten naar boven te wandelen, de brommer duwen hoeft niet want die rijdt nog wel zonder passagiers, en het boven te vragen. Eens boven volgt dezelfde discussie, en opnieuw voor dezelfde 100.000Rp, terwijl dat normaal gezien 25.000 tot 30 000 zou mogen kosten. Uiteindelijk gaat Nick akkoord op voorwaarde dat ze Ann-Sofie ophalen die te voet naar boven komt, best een eind. Net wanneer ze vertrokken zijn met de brommer om die te fixen komt ze echter aangewandeld, en dus veel ophalen zit er niet meer in. En nog geen 5 minuten later staan ze dasr al er terug net onze brommer, veel te snel voor een bandvervanging. De belofte van een nieuwe buitenband is in ieder geval niet ingevuld, de bouten rond de wielen zijn niet gelost en rond de moer van de binnenband hangt nog steeds dezelfde modder. Buiten opblazen is hier duidelijk niets aan gedaan. Dit ruikt naar oplichters, en dus laten we ons niet doen. Een discussie volgt, er wordt heel wat gescholden, dreiging tot het bellen van de politie, sleutels afpakken en terugnemen, en geld terugpakken. Ze lijken zich allemaal te verenigen tegen ons, maar niemand belt echt de politie (waarvan ons trouwens is verteld dat die er niet is op Nusa Penida). Uiteindelijk geven ze op, en lopen ze weg zonder het geld nog te aanvaarden, en dat maakt het voor ons helemaal duidelijk. Meer dan opblazen is er effectief niet gebeurd, afzetters. Achteraf blijkt dat meerdere mensen dit op dezelfde plaats hebben meegemaakt. Een gewaarschuwd man is er twee waard! ‘S avonds spoelen we de frustratie door met een heerlijke shake en een pisang goreng bij onze geliefde keet.