Inle Lake en z’n floating gardens – Myanmar

Een tweede poging om tijdig aan de haven te geraken om de rotating market te zien slaagt opnieuw niet, en dus moeten we er maar vrede mee nemen dat we dit gaan missen. Het schijnt wel al compleet overtoeristisch te zijn, dus is het misschien toch geen al te groot gemis. Aan de haven kijken we even rond of we een bootman te strikken krijgen om ons vandaag rond te voeren over het meer. Een dame komt ons toegelopen en begrijpt dat we een aantal plaatsen zeker gezien willen hebben, en we overlopen samen de planning van de dag. Na heel wat onderhandelen krijgen we de prijs naar een redelijk niveau, en na het inspecteren van de boot gaan we akkoord. De driver die we toegewezen krijgen spreekt minder goed Engels, maar dat overleven we wel. De vrouw vraagt of we meteen betalen, maar dat liedje kennen we al. Eens je betaald hebt, is er voor hen vaak geen enkele reden om je nog te bieden waarvoor je effectief betaald hebt, dus zeggen we haar vriendelijk dat de betaling achteraf volgt. Ze doet hier echter niet moeilijk over en gaat meteen akkoord.

Het duurt bijna een uur vooraleer we het grote meer overgestoken zijn, niet dat de boot zo traag is, maar het meer is echt gigantisch. En dan komen we aan in twee dorpjes die volledig op het water zijn gebouwd. Alle transport gebeurt dus met boten, en de palen waarop de huizen staan zijn gebouwd voor het regenseizoen waardoor ze nu hoger staan dan het waterniveau. Sommige woningen zijn nog in aanbouw, en zo kunnen we zien hoe de hoekpalen van de woning in de bodem van het meer worden geduwd en in één stuk doorlopen tot de nok, daarrond wordt dan de volledige structuur gebouwd. Het vlakke water zorgt voor prachtige reflecties, en met het passeren van een paar echte vissersmannen staan we nog maar eens verstomd van hoe behendig ze hier zijn. Wat ze in Sri Lanka met twee doen (remember Sunil & Sunil?), wordt hier op het gemak alleen gedaan. Straf.

Via een eerste deel van de floating gardens vervolgen we onze weg richting de Lotus Handweaving loods, waar matten en kledij gemaakt worden van de draden uit de stengels van de lotusbloem. Het is niet louter toeristisch, het zijn echte fabrieken die op volle toeren draaien, wat het net dat extra beetje spectaculairder maakt om te zien. We kunnen het hele proces volgen. Hoe de fijne draden uit de stengels gehaald worden, opgerafeld worden tot een dikkere draad en zo een aantal stappen van versteviging en uitrekking ondergaan vooraleer ze klaar zijn voor weefgebruik. Met super fijne knopen worden de draden aan elkaar gezet om zo ellelange weefsels te maken. Met behulp van natuurlijke kleurstoffen maken ze patronen, wat leidt tot prachtige creaties. Dit zijn de zaken die we met plezier zouden kopen, maar om dit allemaal mee te sleuren op reis hebben we gewoonweg niet genoeg plaats meer in onze rugzak.

Na een korte blik te werpen op de Phaung Daw Oo Pagoda vervolgen we onze weg naar een workshop van Cheroot sigaren. Er is tabak met verschillende smaken, en we kunnen zien hoe de sigaren en cigaretten met de hand gerold worden op een tempo dat we zelfs met onze ogen amper kunnen volgen. Na het proeven van de verschillende smaken kiezen we er eentje uit als souvenir, niet dat we die zelf ooit gaan oproken, maar we kunnen er altijd iemand plezier mee doen. Een lunchbreak met Shan Noedels later (niet zo goed als de vorige, deze zijn flets bereid), bezoeken we de Indein Pagoda’s, waarvoor we een heel eind langs kleinere kanalen moeten varen. Het waterniveau van het kanaal is niet overal gelijk, en dus moeten we een aantal geïmproviseerde sluizen doorvaren. Er is een dam aangelegd over de volledige breedte, maar in het midden is een uitsparing die net breed genoeg is om een smalle boot door te laten, met wel geteld een centimeter speling aan elke kant. Voor elke dam vertraagd onze bootchauffeur en zoekt hij opperste concentratie om dan volle gas door de kleine opening te vliegen. Aangezien er een waterniveauverschil is springt de boot telkens een heel stuk omhoog, om daarna met een smak terug op het water te belanden. Best een unieke ervaring!

We worden een halve kilometer voor de pagodes gedropt, waarbij we van de bootman de uitleg krijgen dat we onze weg maar moeten zoeken en er naartoe moeten wandelen. Geen idee naar waar of hoe ver het nog exact is, en op de vraag waarom we niet gewoon aan de ingang gedropt kunnen worden blaft hij ons af dat we maar moeten wandelen. Niet dat we te lui zijn om dit te doen, maar vanochtend zijn we overeengekomen dat we de extra fee om aan de ingang gedropt te worden wilden betalen, om onszelf zo eens wat meer luxe te geven. Het zou dus niet meer dan correct zijn dat we dan ook effectief aan de ingang worden afgezet. Na een hele discussie en bellen met de vrouw van deze ochtend gaat hij akkoord om ons toch af te zetten, de woede valt op zijn gezicht af te lezen, want hij had gehoopt de extra fee (die dient om de ligplaats van de boot te betalen aan de inkom) in zijn eigen zakken te kunnen steken. Helaas, hiermee scoort hij slechte punten en verspeelt hij ook zijn eigen fooi voor deze trip.

Langs een lange gang met toeristenkraampjes komen we aan bij de ingang, die half onder constructie is en ons eigenlijk niet veel zegt. Het is nogal een ontgoocheling, want dit staat aangeschreven als een van de hoogtepunten van Inle Lake, maar ons doet het niets. Misschien hebben we er al te veel gezien? Maar we moeten nog naar Bagan, de hotspot der pagodas, dus hopelijk vallen deze gebouwen daar wat meer in de smaak. Langs dezelfde gang wandelen we terug naar buiten, en zien we hoe er bij de verkoopskraampjes amper verkopers aanwezig zijn. Diegenen die er dan wel zijn liggen ofwel te slapen, ofwel bij hun buur te kwetteren. Er ligt zelfs een pak geld gewoon op de tafel, los voor het grijpen, met in de verste verte niemand te bespeuren. Laat ons allemaal een beetje van het Buddhisme overnemen en de wereld zou er een stuk mooier uitzien!

De nog steeds viesgezinde bootman brengt ons naar een paraplu workshop, wat een regelrechte flop blijkt te zijn. Er is zelfs niet eens een werkplaats aanwezig, laat staan dat ze hier echt gemaakt worden. Wanneer we vragen om ons naar een echte paraplufabriek te brengen, zoals afgesproken vanochtend, zegt hij dat dit de echte is, maar een andere local die onze vraag hoort grijpt in en beveelt hem naar de echte ‘fabriek’ te varen en legt hem voor de zekerheid nogmaals uit waar hij die kan vinden. Alsof hij dat zelf niet wist, de leegaard. 5 minuten later komen we aan bij de echte paraplu fabriek, een fabriek kan je het nu wel niet echt noemen maar we kunnen ons tenminste inbeelden dat er hier effectief iets gemaakt wordt. Het zijn prachtige paraplus, gemaakt van de schors van een boom die honderden malen vochtig gemaakt en geplet wordt met een hamer. Het is een lang proces, maar het resultaat mag er zijn. Het frame van de paraplu is volledig uit bamboo gemaakt, inclusief het opvouwmechanisme, een technisch huzarenstuk om dat uit bamboo te vervaardigen. De paraplu zelf wordt dan met uiterste precisie beschilderd en bestempeld in verschillende kleuren en patronen, zodat elke paraplu een uniek kunstwerk is.

De afsluiter van de dag zijn de floating gardens, wat voor ons het mooiste aan Inle Lake is. De tuinen die zijn aangelegd op het water en dus mee gaan met de getijden. Met de grote boot kunnen we niet in de kleine kanalen, en dus regelt onze bootman (die zich ondertussen herpakt heeft) een kleiner bootje dat ons dichter bij de plantages brengt. Hij toont bloemen en mini tomatenplantjes, en lijkt zelf ook weer helemaal op te fleuren terwijl hij het ons toont. De Indein Pagode situatie lijkt vergeten en hij is weer goedgeluimd. Oef. Hij toont de planten waarmee de tuinen zijn gemaakt, en legt uit hoe de bamboostokken in de grond zitten en zo verhinderen dat de tuinen wegdrijven. Na een mooie tour doorheen een stukje van de tuinen verkruipen we terug van boot, en keren we terug richting het grote meer. We hebben vandaag geen zin in het circus met de vissersacrobaten, en dus besluiten we de sunset te aanschouwen bij Maing Thauk, het kleine dorpje van gisteren. We genieten van het lokale leven en de vele vissers die passeren, de prachtige reflecties en de ontelbare bootjes die op en af varen. De bedrijvigheid hier in ongeëvenaard. Een laatste afvaart van het meer brengt ons terug naar de startplek van deze morgen, en na het betalen van het afgesproken bedrag wandelen we terug richting onze kamer. Het sushi en tokayaki kraam dat we onderweg tegenkomen is echter even onvoorbereid op onze komst als wij op het zien van sushi. De uitbaatster haar hele voorraad rijst moet eraan geloven, en ook haar avocado’s beginnen uitgeput te geraken. Wanneer Ann-Sofie de 5e rol avocado sushi besteld, zegt ze dat we even geduld gaan moeten hebben, zonder verdere uitleg. Een paar minuten later komt er een brommer aangereden met verse rijst, we hebben dus duidelijk haar hele voorraad opgegeten…een hele prestatie. Met een rol tonijn sushi en vers gebakken tokoyaki sluiten we onze heerlijke maaltijd af. De uitbaatster is er zelf niet goed van en is ons dankbaar voor de komst, zo’n omzet heeft ze waarschijnlijk nog nooit op 1 avond gedraaid!

Op dat moment krijgen we een bericht van Marieke, die we in Hpa-An zijn tegen gekomen, dat ze samen met haar ouders in Nyaungshwe zit. Wat een toeval! We spreken niet veel later af in Café Asiatique, een gezellige en hippe bar met dakterras, en maken kennis met de familie van Marieke, de ouders, de broer en de zus. Een gezellige bende, en we beleven een pracht van een avond. De meter Gin Tonic die we bestellen gaat vlotjes binnen, en we babbelen alsof we elkaar al jaren kennen. Een enorm gezellige avond, en super leuk om Marieke terug te zien!

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s